De gemeente wil gebruik gaan maken van scanauto’s om sneller en efficiënter te kunnen controleren of door bezoekers parkeergeld is betaald. De scanauto is een auto met speciale camera’s op het dak. De scanauto scant automatisch het kenteken van het geparkeerde voertuig en maakt foto’s van de situatie. De gegevens worden in een centrale database opgeslagen. De bestuurders die niet of te weinig parkeergeld betaald hebben, krijgen een parkeerboete thuisgestuurd.
In de startfase in er nog weinig kennis beschikbaar over de aanwezigheid en/of afwezigheid van ambtelijk en bestuurlijk draagvlak voor de introductie van de scanauto voor handhaving van coronabeleid. Er is overwegend sprake van afwezigheid van draagvlak voor de introductie van de scanauto voor de handhaving van het coronabeleid onder ambtenaren en bestuurders.
De ‘Draagvlakmonitor’ kan je helpen om het draagvlak voor het project in te schatten. Aan de hand van de uitkomsten kan een bijpassende strategie geselecteerd worden om de mate van draagvlak te beïnvloeden. Stel dat uit de Draagvlakmonitor is gebleken dat er beperkt draagvlak is voor de scanauto, bijvoorbeeld omdat mensen het een eng idee vinden dat er zo veel prive gegevens in een centrale database terecht komen. Dan kan de ‘Project Pitch’ worden ingezet om geïnteresseerden meer uit te leggen over de scanauto. Vervolgens kan de ‘WaardenWeegschaal’ of de ‘Denkhoeden methode’ helpen om gesprekken met ambtenaren en bestuurders te starten over waarden die worden gediend of worden bedreigd door de ontwikkeling van scanauto. Resultaat van deze inzet is dat er voldoende draagvlak voor het project aanwezig is en de uitvoeringsfase verder kan gaan.
In de startfase van het project worden binnen de gemeente veel vragen gesteld over mogelijke knelpunten die kunnen ontstaan met betrekking tot privacy, dataverzameling en dataopslag.
De ‘DEDA’ kan worden ingezet door de gemeente om ethische problemen in relatie tot het dataproject, datamanagement en databeleid te herkennen en te bespreken. Resultaat is dat je weet wat er moet gebeuren om problemen met bijvoorbeeld datamanagement aan de voorkant op te lossen. Je krijgt een lijst met concrete acties die je moet uitvoeren.
De gemeente ervaart tijdens de uitvoeringsfase een groep inwoners zich uitspreekt tegen de scanauto. Zij willen graag met de gemeente in gesprek over de inzet van de scanauto.
Het instrument ‘Meningpeiler’ kan gebruikt worden om het gesprek met inwoners te starten over de scanauto. Dit zorgt ervoor dat er een goed beeld ontstaat over welke waarden er volgens bewoners wel of niet genoeg gewaarborgd worden door de introductie van de scanauto.
Tijdens de uitvoeringsfase blijkt dat de samenwerking tussen de afdelingen stroef loopt door botsende werkwijzen. Je wilt deze samenwerking verbeteren. Daarnaast wil de gemeente ook proberen samenwerkingen te starten met andere afdelingen die misschien ook wat hebben aan de inzet van de scanauto.
Je kunt gebruik maken van het ‘IJsbergmodel’ om de communicatie over de samenwerking tussen de twee afdelingen te verbeteren. Daarvoor moeten de twee afdelingen met elkaar in gesprek over hoe zij de samenwerking nu echt ervaren en wat zij van elkaar nodig hebben. Daarnaast kan de ‘Kans Verkenning Samenwerking’ ingezet worden om met een grote variëteit aan afdelingen te verkennen of er niet meer mogelijkheden en kansen zijn voor afdelingen om met elkaar samen te werken. Resultaat van deze inzet is een verbetering van de samenwerkingscultuur. Er ontstaat meer wederzijds respect en begrip voor elkaars werkwijze, en mensen gaan kansen zien in samenwerking met andere afdelingen.
Na de experimenteerfase met de scanauto wil de gemeente het gebruik van de scanauto opschalen. Je vraagt je af of de informele leiderschapsstijl, die tot in de huidige fase goed gewerkt heeft, straks nog geschikt is. Bij de opschaling zijn grotere budgetten, een veelheid van partijen en strakke planningen aan de orde.
Het instrument ‘Voorkeurstijlen leiderschap’ kan je helpen om te bepalen welke vorm van leiderschap geschikt is voor welke fase van een smart city project. Voor de opschalingsfase van een project kan een strakkere vorm van leiderschap passender zijn. Resultaat van het instrument is dat je dit helder in beeld krijgt. Je kunt waar nodig de samenstelling van je team aanpassen, of binnen je team de rollen herschikken.
In de opschalingsfase wil de gemeente de uitkomsten van het project periodiek gaan evalueren.
Het instrument ‘Uitkomsten tijdlijn’ geeft de handvatten om doelstellingen te formuleren en de juiste meetmethoden en meetmomenten te kiezen voor de monitoring van uitkomsten. Deze evaluaties voer je uit op de aangegeven momenten, zodat je naar het bestuur kunt verantwoorden wat de resultaten zijn, en of deze nog in verhouding staan tot de gemaakte kosten.